Manter — tradução Português Holandês. Traduzir Manter em Holandês

manter (v) (posse)	houden (v) (posse)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehouden houden houdt hielden hield
manter (v) (família)	onderhouden (n) (v) (família)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	onderhouden onderhouden onderhoudt onderhielden onderhield
manter (v) (situação)	aanhouden (n) (v) (situação)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	aangehouden houden aan houdt aan hielden aan hield aan
manter (v) (tradição)	hooghouden (v) (tradição)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	hooggehouden houdt hoog houden hoog hielden hoog hield hoog
manter (v) (posição)	vasthouden (v) (posição)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	vastgehouden houdt vast houden vast hielden vast hield vast
manter (v) (relações)	in stand houden (v) (relações)
manter (v) (maquinaria)	een onderhoudsbeurt geven (v) (maquinaria)
manter (v) (posse)	intact houden (v) (posse)
manter (v) (família)	hooghouden (v) (família)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	hooggehouden houdt hoog houden hoog hielden hoog hield hoog
manter (v) (emprego)	behouden (v) (emprego)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	behouden behouden behoudt behielden behield
manter (v) (situação)	in stand houden (v) (situação)
manter (v) (relações)	aanhouden (n) (v) (relações)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	aangehouden houden aan houdt aan hielden aan hield aan
manter (v) (esforço)	doorbijten (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	doorgebeten bijt door bijten door beet door beten door
manter (v) (emprego)	aanhouden (n) (v) (emprego)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	aangehouden houden aan houdt aan hielden aan hield aan
manter (v) (posse)	bewaren (v) (posse)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	bewaard bewaren bewaart bewaarde bewaarden
manter (v) (posse)	behouden (v) (posse)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	behouden behouden behoudt behielden behield
manter (v) (propriedade)	voorzien in het levensonderhoud (v) (propriedade)
manter (v) (situação)	houden (v) (situação)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehouden houden houdt hielden hield
manter (v) (relações)	bewaren (v) (relações)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	bewaard bewaren bewaart bewaarde bewaarden
manter (v) (posição)	houden (v) (posição)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehouden houden houdt hielden hield
manter (v) (relações)	houden (v) (relações)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehouden houden houdt hielden hield
manter (v) (maquinaria)	onderhouden (n) (v) (maquinaria)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	onderhouden onderhouden onderhoudt onderhielden onderhield
manter (v) (esforço)	voortzetten (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	voortgezet zet voort zetten voort zette voort zetten voort
manter (v) (família)	rechthouden (v) (família)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	rechtgehouden houdt recht houden recht hield recht hielden recht
manter (v) (emprego)	handhaven (v) (emprego)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehandhaafd handhaaft handhaven handhaafde handhaafden
manter (v) (situação)	handhaven (v) (situação)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehandhaafd handhaaft handhaven handhaafde handhaafden
manter (v) (relações)	in dienst houden (v) (relações)
manter (v) (esforço)	doorzetten (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	doorgezet zet door zetten door zette door zetten door
manter (v) (família)	voorzien in het levensonderhoud (v) (família)
manter (v) (esforço)	aanhouden (n) (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	aangehouden houden aan houdt aan hielden aan hield aan
manter (v) (posse)	handhaven (v) (posse)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehandhaafd handhaaft handhaven handhaafde handhaafden
manter (v) (propriedade)	onderhouden (n) (v) (propriedade)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	onderhouden onderhouden onderhoudt onderhielden onderhield
manter (v) (situação)	bewaren (v) (situação)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	bewaard bewaren bewaart bewaarde bewaarden
manter (v) (relações)	intact houden (v) (relações)
manter (v) (emprego)	intact houden (v) (emprego)
manter (v) (relações)	behouden (v) (relações)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	behouden behouden behoudt behielden behield
manter (v) (tradição)	voorzien in het levensonderhoud (v) (tradição)
manter (v) (emprego)	in stand houden (v) (emprego)
manter (v) (esforço)	volharden (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	volhard volhardt volharden volhardden volhardde
manter (v) (posse)	aanhouden (n) (v) (posse)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	aangehouden houden aan houdt aan hielden aan hield aan
manter (v) (família)	verzorgen (v) (família)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	verzorgd verzorgen verzorgt verzorgden verzorgde
manter (v) (situação)	in dienst houden (v) (situação)
manter (v) (tradição)	rechthouden (v) (tradição)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	rechtgehouden houdt recht houden recht hield recht hielden recht
manter (v) (situação)	intact houden (v) (situação)
manter (v) (emprego)	houden (v) (emprego)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehouden houden houdt hielden hield
manter (v) (posse)	in stand houden (v) (posse)
manter (v) (posse)	in dienst houden (v) (posse)
manter (v) (propriedade)	verzorgen (v) (propriedade)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	verzorgd verzorgen verzorgt verzorgden verzorgde
manter (v) (situação)	behouden (v) (situação)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	behouden behouden behoudt behielden behield
manter (v) (emprego)	bewaren (v) (emprego)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	bewaard bewaren bewaart bewaarde bewaarden
manter (v) (relações)	handhaven (v) (relações)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	gehandhaafd handhaaft handhaven handhaafde handhaafden
manter (v) (tradição)	onderhouden (n) (v) (tradição)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	onderhouden onderhouden onderhoudt onderhielden onderhield
manter (v) (emprego)	in dienst houden (v) (emprego)
manter (v) (esforço)	volhouden (n) (v) (esforço)
mantido manténs mantêm mantinham mantinhas	volgehouden houdt vol houden vol hielden vol hield vol

Manter exemplos68 exemplos encontrados

manter afastado	weghouden
manter afastado	afhouden
manter afastado	op een afstand houden
manter contato com	contact onderhouden met
manter contato com	omgaan met
manter contato com	contact hebben met
manter contato com	communiceren met
manter distraído	zoethouden
manter distraído	bezighouden
manter em segredo	stilhouden
manter em segredo	doodzwijgen
manter em segredo	in de doofpot steken
manter em segredo	verbergen
manter em segredo	verhelen
manter em segredo	achterhouden
manter em segredo	versluieren
manter em segredo	geheimhouden
manter sob controle	beteugelen
manter sob controle	bedwingen
manter sob controle	in bedwang houden
manter sob controle	in toom houden
manter à distância	afhouden
manter à distância	weghouden
manter à distância	op een afstand houden
manter à distância	afhouden
manter à distância	op een afstand houden
manter à distância	weghouden
manter-se	doorgaan met
manter-se a distância de	vandaan blijven van
manter-se a distância de	vandaan blijven bij
manter-se afastado	beschermen tegen
manter-se afastado	niet betreden
manter-se afastado de	afblijven
manter-se afastado de	niet aanraken
manter-se afastado de	vandaan blijven bij
manter-se afastado de	vandaan blijven van
manter-se afastado de	zich distantiëren van
manter-se afastado de	niet aankomen
manter-se afastado de	zich niet bemoeien met
manter-se afastado de	niet aankomen
manter-se afastado de	vandaan blijven van
manter-se afastado de	niet aanraken
manter-se afastado de	afblijven
manter-se afastado de	zich afzijdig houden van
manter-se afastado de	vandaan blijven bij
manter-se ao largo	op korte afstand van de kust blijven
manter-se em dia com	bijhouden
manter-se em dia com	bijblijven
manter-se em dia com	bijbenen
manter-se em dia com	gelijke tred houden met
manter-se escondido	uit het gezicht blijven
manter-se fiel a	vasthouden aan
manter-se fiel a	blijven bij
manter-se fiel a	trouw blijven aan
manter-se fiel aos princípios	trouw blijven aan zijn principes
manter-se firme	op zijn stuk blijven staan
manter-se firme	volhouden
manter-se firme	voet bij stuk houden
manter-se firme	standhouden
manter-se firme	niet toegeven
manter-se firme em	vasthouden aan
manter-se firme em	blijven bij
manter-se firme em	trouw blijven aan
manter-se firme em	er alles op zetten om te krijgen
manter-se ocupado com	zich bezighouden met
manter-se à distância	niet betreden
manter-se à distância	wegblijven
manter-se à parte de	zich afzijdig houden van

Traduzir Manter em outros idiomas

— Traduzir manter em Inglês

— Traduzir manter em Alemão

— Traduzir manter em Francês

— Traduzir manter em Italiano

— Traduzir manter em Espanhol

— Traduzir manter em Esloveno

— Traduzir manter em Polonês

— Traduzir manter em Tcheco

Manter — Português Holandês tradução54 traduções encontrado