rescindir
(v)
(leis)
|
ongeldig maken
(v)
(leis)
|
rescindir
(v)
(leis)
|
intrekken
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
ingetrokken
trekken in
trekt in
trok in
trokken in
|
rescindir
(v)
(leis)
|
opheffen
(n)
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
opgeheven
heffen op
heft op
hief op
hieven op
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
annuleren
(v)
(contrato)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
geannuleerd
annuleren
annuleert
annuleerde
annuleerden
|
rescindir
(v)
(leis)
|
tenietdoen
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
tenietgedaan
doet teniet
doen teniet
deed teniet
deden teniet
|
rescindir
(v)
(leis)
|
nietig verklaren
(v)
(leis)
|
rescindir
(v)
(leis)
|
herroepen
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
herroepen
herroepen
herroept
herriepen
herriep
|
rescindir
(v)
(leis)
|
een eind maken aan
(v)
(leis)
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
cancellen
(v)
(contrato)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
gecanceld
cancelt
cancellen
cancelden
cancelde
|
rescindir
(v)
(leis)
|
ongedaan maken
(v)
(leis)
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
afschaffen
(v)
(contrato)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
afgeschaft
schaft af
schaffen af
schafte af
schaften af
|
rescindir
(v)
(leis)
|
afschaffen
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
afgeschaft
schaft af
schaffen af
schafte af
schaften af
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
intrekken
(v)
(contrato)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
ingetrokken
trekken in
trekt in
trok in
trokken in
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
ongedaan maken
(v)
(contrato)
|
rescindir
(v)
(leis)
|
cancellen
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
gecanceld
cancelt
cancellen
cancelden
cancelde
|
rescindir
(v)
(contrato)
|
herroepen
(v)
(contrato)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
herroepen
herroepen
herroept
herriepen
herriep
|
rescindir
(v)
(leis)
|
annuleren
(v)
(leis)
|
rescindido
rescindem
rescindes
rescindiam
rescindias
|
geannuleerd
annuleren
annuleert
annuleerde
annuleerden
|