Perder — Português Holandês tradução31 Tradução encontrado

perder (v) (geral) verliezen (v) (geral)
perder (v) (oportunidade) verloren laten gaan (v) (oportunidade)
perder (v) (tempo) verbeuzelen (v) (tempo)
perder (v) (vestimenta) eruit groeien (v) (vestimenta)
perder (v) (geral) zoekmaken (v) (geral)
perder (v) (oportunidade) verspelen (v) (oportunidade)
perder (v) (geral) kwijtraken (v) (geral)
perder (v) (objeto) kwijt zijn (v) (objeto)
perder (v) (botânica) verliezen (v) (botânica)
perder (v) (geral) verbeuzelen (v) (geral)
perder (v) (chance) missen (v) (chance)
perder (v) (tempo) kwijtraken (v) (tempo)
perder (v) (vestimenta) groeien uit (v) (vestimenta)
perder (v) (chance) verkijken (v) (chance)
perder (v) (oportunidade) zich laten ontglippen (v) (oportunidade)
perder (v) (oportunidade) verkijken (v) (oportunidade)
perder (v) (chance) zich laten ontglippen (v) (chance)
perder (v) (botânica) verbeuzelen (v) (botânica)
perder (v) (geral) verkwisten (v) (geral)
perder (v) (chance) weggooien (v) (chance)
perder (v) (tempo) verkwisten (v) (tempo)
perder (v) (botânica) kwijtraken (v) (botânica)
perder (v) (chance) verloren laten gaan (v) (chance)
perder (v) (geral) verspillen (v) (geral)
perder (v) (oportunidade) weggooien (v) (oportunidade)
perder (v) (tempo) verspillen (v) (tempo)
perder (v) (botânica) verkwisten (v) (botânica)
perder (v) (oportunidade) missen (v) (oportunidade)
perder (v) (chance) verspelen (v) (chance)
perder (v) (tempo) verliezen (v) (tempo)
perder (v) (botânica) verspillen (v) (botânica)
Perder exemplos58 exemplos encontrados
perder a consciência een black-out hebben
perder a consciência flauw vallen
perder a consciência het bewustzijn verliezen
perder a fala sprakeloos zijn van verbazing
perder a fala sprakeloos zijn
perder a fala stomverbaasd zijn
perder a fala verstomd staan van verbazing
perder a fala verstomd staan
perder a memória een black-out hebben
perder a memória het geheugen verliezen
perder as esperanças de hoop opgeven
perder as esperanças wanhopen
perder de vista uit het oog verliezen
perder força verflauwen
perder força verslappen
perder força wegkwijnen
perder no jogo verspelen
perder o contato com uit het oog verliezen
perder o contato com het contact verliezen met
perder o equilíbrio wankelen
perder o equilíbrio bijna omvallen
perder o lugar para substitueren
perder o lugar para vervangen
perder o talento achteruitgaan
perder o talento het verleren
perder peso vermageren
perder peso afvallen
perder peso afslanken
perder peso gewicht verliezen
perder sangue bloed verliezen
perder sangue bloeden
perder tempo verslapen
perder tempo slapend doorbrengen
perder tempo zich verslapen
perder tempo rondlummelen
perder tempo rondhangen
perder tempo treuzelen
perder tempo talmen
perder tempo tijd verprutsen
perder tempo lanterfanten
perder tudo behoeftig worden
perder tudo verpauperen
perder tudo tot armoede vervallen
perder tudo arm worden
perder valor waarde verliezen
perder valor aan waarde inboeten
perder vitalidade verflauwen
perder vitalidade verslappen
perder vitalidade wegkwijnen
perder-se degenereren
perder-se ontaarden
perder-se verdwalen
perder-se de weg kwijtraken
perder-se verdwalen
perder-se de amor por verliefd worden op
perder-se de vista uit het oog verdwijnen
perder-se de vista uit het gezicht verdwijnen
fazer perder peso doen vermageren
Traduzir Perder em outros idiomas
Traduzir perder em Inglês
Traduzir perder em Alemão
Traduzir perder em Francês
Traduzir perder em Italiano
Traduzir perder em Espanhol
Traduzir perder em Esloveno
Traduzir perder em Polonês
Traduzir perder em Tcheco