iluminar
(v)
(explicar)
|
uiteenzetten
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
uiteengezet
zetten uiteen
zet uiteen
zetten uiteen
zette uiteen
|
iluminar
(v)
(geral)
|
onder de aandacht brengen
(v)
(geral)
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
verhelderen
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verhelderd
verhelderen
verhelderden
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
verhelderen
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verhelderd
verhelderen
verhelderden
|
iluminar
(v)
(iluminação)
|
oplichten
(v)
(iluminação)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
opgelicht
lichten op
licht op
lichtte op
lichtten op
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
demonstreren
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
gedemonstreerd
demonstreren
demonstreert
demonstreerden
demonstreerde
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
ophelderen
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
opgehelderd
helderen op
heldert op
helderden op
helderde op
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
belichten
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
belicht
belichten
belicht
belichtte
belichtten
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
verduidelijken
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verduidelijkt
verduidelijkt
verduidelijken
verduidelijkten
verduidelijkte
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
verduidelijken
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verduidelijkt
verduidelijkt
verduidelijken
verduidelijkten
verduidelijkte
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
licht werpen op
(v)
(esclarecer)
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
verklaren
(n)
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verklaard
verklaren
verklaart
verklaarde
verklaarden
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
verklaren
(n)
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verklaard
verklaren
verklaart
verklaarde
verklaarden
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
toelichten
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
toegelicht
lichten toe
licht toe
lichtte toe
lichtten toe
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
belichten
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
belicht
belichten
belicht
belichtte
belichtten
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
uitleggen
(v)
(explicar)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
uitgelegd
legt uit
leggen uit
legden uit
legde uit
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
toelichten
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
toegelicht
lichten toe
licht toe
lichtte toe
lichtten toe
|
iluminar
(v)
(esclarecer)
|
ophelderen
(v)
(esclarecer)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
opgehelderd
helderen op
heldert op
helderden op
helderde op
|
iluminar
(v)
(explicar)
|
licht werpen op
(v)
(explicar)
|
iluminar
(v)
(iluminação)
|
verlichten
(v)
(iluminação)
|
iluminado
iluminam
iluminas
iluminavam
iluminavas
|
verlicht
verlicht
verlichten
verlichtten
verlichtte
|