alegrar
(v)
(lugar)
|
opmonteren
(v)
(lugar)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgemonterd
montert op
monteren op
monterden op
monterde op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
bemoedigen
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
bemoedigd
bemoedigt
bemoedigen
bemoedigde
bemoedigden
|
alegrar
(v)
(geral)
|
verheugen
(v)
(geral)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verheugd
verheugen
verheugt
verheugde
verheugden
|
alegrar
(v)
(festa)
|
opfleuren
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgefleurd
fleuren op
fleurt op
fleurde op
fleurden op
|
alegrar
(v)
(lugar)
|
verlevendigen
(v)
(lugar)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verlevendigd
verlevendigen
verlevendigden
|
alegrar
(v)
(sentimento)
|
opwekken
(n)
(v)
(sentimento)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgewekt
wekken op
wekt op
wekte op
wekten op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
opbeuren
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgebeurd
beurt op
beuren op
beurden op
beurde op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
opmonteren
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgemonterd
montert op
monteren op
monterden op
monterde op
|
alegrar
(v)
(lugar)
|
bemoedigen
(v)
(lugar)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
bemoedigd
bemoedigt
bemoedigen
bemoedigde
bemoedigden
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
opfleuren
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgefleurd
fleuren op
fleurt op
fleurde op
fleurden op
|
alegrar
(v)
(geral)
|
blij maken
(v)
(geral)
|
alegrar
(v)
(festa)
|
bemoedigen
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
bemoedigd
bemoedigt
bemoedigen
bemoedigde
bemoedigden
|
alegrar
(v)
(lugar)
|
opvrolijken
(v)
(lugar)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgevrolijkt
vrolijkt op
vrolijken op
vrolijkten op
vrolijkte op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
verlevendigen
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verlevendigd
verlevendigen
verlevendigden
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
oppeppen
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgepept
peppen op
pept op
pepten op
pepte op
|
alegrar
(v)
(festa)
|
verlevendigen
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verlevendigd
verlevendigen
verlevendigden
|
alegrar
(v)
(sentimento)
|
opvrolijken
(v)
(sentimento)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgevrolijkt
vrolijkt op
vrolijken op
vrolijkten op
vrolijkte op
|
alegrar
(v)
(festa)
|
opmonteren
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgemonterd
montert op
monteren op
monterden op
monterde op
|
alegrar
(v)
(geral)
|
zich verheugen
(v)
(geral)
|
alegrar
(v)
(lugar)
|
opfleuren
(v)
(lugar)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgefleurd
fleuren op
fleurt op
fleurde op
fleurden op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
opvrolijken
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgevrolijkt
vrolijkt op
vrolijken op
vrolijkten op
vrolijkte op
|
alegrar
(v)
(pessoa)
|
opkikkeren
(v)
(pessoa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgekikkerd
kikkert op
kikkeren op
kikkerde op
kikkerden op
|
alegrar
(v)
(festa)
|
opvrolijken
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgevrolijkt
vrolijkt op
vrolijken op
vrolijkten op
vrolijkte op
|
alegrar
(v)
(sentimento)
|
verlevendigen
(v)
(sentimento)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verlevendigd
verlevendigen
verlevendigden
|
alegrar
(v)
(festa)
|
opwekken
(n)
(v)
(festa)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
opgewekt
wekken op
wekt op
wekte op
wekten op
|
alegrar
(v)
(geral)
|
verblijden
(v)
(geral)
|
alegrado
alegram
alegras
alegravam
alegravas
|
verblijd
verblijden
verblijdt
verblijdden
verblijdde
|